Beter Horen

‘De wereld zou zoveel mooier zijn als we een beetje beter naar elkaar zouden kunnen luisteren’. Het is een cliché, maar ach, in elk cliché zit een kern van waarheid. Dan moet je elkaar wel kunnen verstaan. Uit een rapport van de RIVM blijkt dat gehoorschade toeneemt in Nederland. Niet alleen door de vergrijzing, maar ook onder jongeren.

Gelukkig beginnen gehoorbeschermers op festivals of in clubs steeds normaler te worden. Want gehoorschade die je oploopt als gevolg van blootstelling aan te harde muziek, kan niet meer worden genezen. Bij Beter Horen richten ze zich dan ook niet alleen op het verhelpen van gehoorproblemen, maar ook op het voorkomen ervan. Zo kun je bij Beter Horen je ‘hoorleeftijd’ laten controleren. De leeftijd van Beter Horen zelf ligt trouwens al bijna op 120 jaar. De geschiedenis van het bedrijf begint bij Pieter Geervliet, die zelf doof was geworden. Hij besloot zich in te zetten voor mensen met een slecht gehoor en begon met de productie van hoortoestellen. Na een aantal fusies en overnames, de meest recente door Acousticon en Amplifon, is Beter Horen een onderdeel geworden van de wereldwijde marktleider met een wereldwijd aandeel van bijna tien procent, vertegenwoordigd in tweeëntwintig landen. Beter Horen doet het zelf overigens ook niet slecht: één op de drie slechthorenden in Nederland draagt een toestel van Beter Horen. Hoe ze dat voor elkaar hebben gekregen? Nou, door vooral goed te luisteren naar de behoefte in de markt.

Nederlanders gaan gemiddeld tien jaar eerder naar de gehoorspecialist dan twintig jaar geleden. Jan de Laat, een audioloog, zegt zelfs dat het waarschijnlijk is dat in plaats van op hun zeventigste, de helft van de Nederlandse bevolking op hun zestigste al een gehoorapparaat nodig heeft. Zowel op het gebied van preventie als hulp bij al opgelopen schade is er voor Beter Horen dus werk aan de winkel.